Wekenlang zochten de Noren naar het juiste lied. Van vijf halve finales én een wildcardronde naar een finale met eerst twaalf deelnemers en toen nog maar vier en toen nog maar twee – om uiteindelijk niet te kiezen voor de groep die in alle internationale polls bovenaan stond, maar voor een man met engelenvleugels. Waarom? Waarom hij? 

KEiiNO
De groep die in alle voorspellingen als winnaar werd gezien was KEiiNO. In 2019 werden ze de Noorse deelnemers met Spirit in the sky. Ze vlogen ermee naar Tel Aviv en wonnen vervolgens de televoting – nog vóór Duncan Laurence. Als het aan het publiek lag hadden ze dus het hele festival op hun naam geschreven, maar de jury’s dachten er anders over en zo werd Noorwegen zesde in plaats van eerste.

SO MUCH FUN
Het Eurovisievirus bleef evenwel in de hoofden van de KEiiNO-leden rondwaren en ze traden dit jaar nog eens aan, nu met Monument (zie links), opnieuw een combinatie van extatische pop en Sami-klanken. Dat wordt ‘m, dacht vrijwel iedereen, en inderdaad, KEiiNO kwam ver. Of, zoals ze het zelf tweetten tijdens de finale:
‘It’s getting closer.’
‘We’re about to go on stage…’
‘THAT WAS SO MUCH FUN!!!’
Maar toen ze alle rondes overleefd hadden, bij de laatste twee zaten en er opnieuw gestemd werd, bleek dat KEiiNO in vier van de vijf Noorse regio’s verloor van een man die niet alleen engelenvleugels droeg, maar ook een zonnebril, een haarband en een witte bontjas. Een man die met kettingen vastzat aan zes zwarte demonen die om hem heen dansten. Een man die zich TIX noemt.

Tics
TIX is Andreas Haukeland, een man met heel veel volgers, likes, hits en met miljoenen en miljoenen luisterbeurten op Spotify. Hij werd bekend om zijn brutale partysongs, met teksten als ‘Vanavond mag je een hoer zijn’ of ‘We gaan naar de kloten!’
De vreemde outfit hoort bij zijn TIX-personage, dat ontstaan is vanuit… pesterijen. Haukeland heeft het Tourette-syndroom, dat zich kenmerkt door het maken van ongecontroleerde geluiden en bewegingen. Door tics. Waar klasgenoten een scheldnaam van maakten, ‘Tics!’, die Haukeland vervolgens omvormde tot geuzennaam: TIX.

Eén grote fout
Of, zoals hij zelf verwoordde in het populaire tv-programma Lindmo: ‘Ergens tijdens mijn jeugd werden TIX en Andreas twee verschillende manieren van in de wereld staan. Terwijl Andreas erbij wil horen, probeert niet op te vallen en geen fouten te maken, is TIX gewoon één grote fout. TIX gaat zijn eigen weg. TIX draagt een bontjas in de zomer. Hij draagt een zonnebril in huis en zegt dingen die je absoluut niet zou moeten zeggen. En dus is TIX in zijn eigen hoofd wereldkampioen. Ik denk eigenlijk dat heel veel mensen dat zelf ook eens zouden moeten voelen. Er zit niets superieurs aan. TIX staat open voor het idee dat anderen ook geweldig kunnen zijn. Maar TIX is voor mij iemand zonder vrees. Hij doet nooit iets fout. Of hij doet juist alles fout.’

Zonnebril
Maar de song waarmee hij aan Melodi Grand Prix (zoals de Noorse voorronde heet) meedeed is absoluut geen feestlied. In de halve finale zong hij in het Noors, Ut av mørket (‘Uit het donker’), en in de finale werd dat Engels, in de versie die hij meeneemt naar Rotterdam, Fallen angel.
Over de tekst zegt hij: ‘Het uitgangspunt is het verhaal van de demonen en de engel. Want zo voel ik me: een gevallen engel. Ik heb issues, fouten, tekortkomingen en dingen waar ik aan moet werken. Hoe kan ik ooit bij de schoonheid in de buurt komen? Zij is het licht, de liefde, de hoop. Wat ziet zij in mij? Een engel verblijft in de hemel, niet in het donker – maar toch zag ze iets in mij.’

Niet leven
Hoe zit dat? Hoe kan het partybeest – dat nog steeds in zijn feestkleren op het podium staat – zo’n serieuze boodschap brengen?
Dat heeft wellicht te maken met het schakellied dat hij in 2019 uitbracht: Jeg vil ikke leve (‘Ik wil niet meer leven’), een openhartige ballade waarvan deze zinnen het refrein vormen:
‘Ik wil niet leven, maar ik wil niet dood, en niemand van mijn vrienden begrijpt dat ik problemen heb.’

Findus
En die zinnen hebben weer te maken met zijn kat. Met Findus. Hoe? Hieronder lees je het hele verhaal, in een transcriptie van een gedeelte van het eerdergenoemde tv-interview uit januari van dit jaar:

Interviewster: Je had enorm veel succes. Het leek wel één gigantisch feest. Maar hoe was het om daar het middelpunt van te zijn?
Andreas: Ik weet dat het er vanbuiten supervet uitzag. Maar hoe groter TIX werd, hoe meer Andreas verschrompelde. Soms gingen er wel twee maanden voorbij zonder dat buiten mijn familie iemand de naam Andreas zei. Vrienden belden me niet meer, want die dachten: hij heeft het te druk. Of ze deden zich tegoed aan gratis drinken of kaartjes voor festivals. Ze vroegen niet meer aan mij hoe het met me ging. Ik begon een extreem soort eenzaamheid te voelen die zich dieper en dieper ingroef. Het werd steeds onmogelijker om mensen ervan te overtuigen dat ik niet TIX ben. Ik toerde en deed elk weekend concerten. En ik heb geen band, ik doe het in mijn eentje. Ik sta op de planken en vermaak een paar duizend mensen. Daarna ben ik weer alleen. Ik reis alleen, kom thuis in een leeg huis.
Interviewster: Daar beschrijf je een heel eenzaam bestaan. Op een bepaald moment werd het zelfs zo zwaar dat je je afvroeg of je nog wel verder wilde leven.
Andreas: Het was 17 mei 2018, onafhankelijkheidsdag. TIX had de plek van Andreas intussen volledig ingenomen. En ik voelde dat ik het niet meer wilde. Ik sloot me het grootste deel van de dag op, om maar niemand te hoeven zien. Toen werd ik gedwongen om mee te gaan naar een soort feest, en op dat feest stortte ik in. Ik ging naar huis en had besloten dat het genoeg was. Ik wist precies hoe ik het zou gaan doen. Ik voelde me zo uitgeput en zo wanhopig. Ik schreef een afscheidsbrief. Ik schreef een testament. En met een viltstift schreef ik mijn contactgegevens, wachtwoorden en pincode op mijn arm. Ik ging op de grond zitten en huilde. Ik was zo bang. En toen kwam mijn kat de kamer in. Hij heet Findus. Hij begon kopjes te geven tegen mijn benen en ging op mijn schoot liggen. Dat deed hij nooit. En toen begon ik tegen hem te praten. En ik zei tegen hem: ‘Findus, katje van me…’ [Andreas zet zijn TIX-zonnebril op.]
Interviewster: Voel je dat je je zonnebril nodig hebt?
Andreas [knikt en snift]: Dat is makkelijker. Ik zei: ‘Findus, niemand van mijn vrienden begrijpt dat ik problemen heb. Ik ben helemaal alleen. Dus wat moet ik doen? Ik wil niet meer leven. Maar ik wil ook niet dood.’ En dat gesprek met Findus werd de tekst voor ‘Jeg vil ikke leve.
Interviewster: Andreas, je hebt genoeg geld verdiend om te gaan rentenieren.
Andreas: Twee keer zoveel, misschien wel drie keer zoveel.
Interviewster: Je kunt net zo goed producent worden, ergens op de achtergrond, of pianoleraar. Waarom wil je dit dan toch blijven doen?
Andreas: Omdat het zo belangrijk is. Ik was heel lang voor veel mensen de soundtrack van de goede tijden in het leven. Maar ik kan ook de soundtrack van de slechte tijden zijn. En dat wil ik heel graag, ik geloof dat daar iets heel moois in schuilt, dat uit mijn eenzaamheid iets gemeenschappelijks voor andere mensen kan ontstaan. En daar… daar wil ik mee doorgaan.

Zwaan
Met dit verhaal, eenmalig verteld op de Noorse tv, wordt veel duidelijk. Nu zijn ook TIX’/Andreas’ tranen na de overwinning in de voorronde te begrijpen.
En de tranen van zijn broer en mede-songschrijver, die we op de webcam zagen.
En de woorden die TIX/Andreas tenslotte sprak:
‘Ik heb me zo lang het lelijke eendje gevoeld, zowel in de muziekbranche als tijdens mijn jeugd. En nu blijkt dat er een dag is gekomen waarop een lelijk eendje een zwaan wordt. En voor alle lelijke eendjes thuis: weet dat ooit de dag komt dat jullie een zwaan zullen zijn.’