Lief dagboek,
Woensdagavond stonden we in een kelder met Douwe Bob-behang. Terwijl ik net aan al dat Zweeds gewend was, klonk er opeens alleen maar Nederlands. Studenten, diplomaten, Eurovisiefans, iedereen was in het Hollands lettergrepen aan het bouten en godzijdank stoorde ik me eraan, want dat betekende dat ik me thuis voelde. Welkom in Douwe Bobs Fool Bar, die twee weken lang dienst doet als het Holland Huis van dit Eurovisie Songfestival.
Er galmden de glorieuze woorden ‘Halloooo ik vin’ ’t zó fijn hier te zijn ja’ door de microfoon en daar stond ze: Ilse deLange, zoals altijd een brok levensvreugde. Samen met haar Common Linnets betrad ze het podium en het optreden dat ze ten beste gaven was zo heerlijk dat je het gevoel kreeg dat je trommelvliezen met de zachtste paraffine werden ingewreven. De zaal wiegde mee, je belandde in een dromerige toestand. Ik keek even opzij en recenseerde de jongen die naast me stond (sorry Yannick, andere postcode). Ik gaf hem vierenhalve ster uit vijf en realiseerde me toen pas dat het Amir van Frankrijk was, omringd door twee mannen met een keppeltje (ik verzin dit niet, misschien was het Pesach of iets dergelijks, ik ben tijdens het Festival altijd mijn gevoel voor tijd kwijt). Jan Smit kwam binnen en ik groette hem, hij groette me terug, ik bedacht me dat ik hem helemaal niet persoonlijk kende en hij mij ook nog niet, maar goed, het was feest, je moest iets.
Ilse en haar zangvogels sloten af met een mooie uitvoering van Calm after the storm. De Almelose Lorelei keek licht ontroerd naar om heen en zei: ‘Ik zie dat Douwe Bob geniet. Het is zo belangrijk dat dat niet langs je heen gaat.’ The man himself pakte de mike en zei dat hij nog geen idee heeft wat hij zaterdag tijdens die tien seconden stilte gaat doen. ‘Misschien ga ik wel crowdsurfen!’ riep hij. Laten we het hopen. Zijn band speelde onder meer Sweet Sunshine en A Damn Good Time, om vervolgens samen met Ilse tweestemmig Slow Down in te zetten.
De hele bar zong mee met dezelfde ernst en hoop als wanneer het Nederlands elftal voorafgaand aan een WK-wedstrijd het Wilhelmus zingt: men legde nog net geen hand op de borst. Tijdens de Tien Seconden werden er longen uit lijven gegild, en na afloop gingen als hartslagen de mantra’s ‘Douwe Bob, Douwe Bob, Douwe Bob’ en ‘Douze Points, Douze Points, Douze Points’ door de zaal. De klanken regen zich aaneen tot er alleen nog ‘Douwe Points, Douwe Points’ klonk.