Vergeet Freddy Krueger en Jason Voorhees. Duo, de mascotte van taalapp DuoLingo, een groene uil met grote ogen, is de engste horrorfiguur ter wereld. Hij dwingt je op passief-agressieve wijze je lessen te volgen en als je een dagje overslaat zadelt hij je op met een schuldgevoel. Een taal leren bij DuoLingo is tekenen voor een Stockholmsyndroom. Dus waarom ben ik dan toch begonnen met Italiaans?

Ten eerste wil ik, ik ben ook maar een man, zonder op de vertaalknop te hoeven vertrouwen weten wat die knappe Italiaanse fotomodellen onder hun posts schrijven.

Reden twee: in Italië schrijven ze simpelweg de beste Donald Duck-verhalen.

En reden drie is de Italiaanse muziek. Denk aan Andrea Boccelli, Eros Ramazzotti, Zucchero, Laura Pausini en vele anderen. Ook op het Songfestival spreidt Italië haar (het kan me niet schelen dat landen onzijdig zijn, Italië is gewoon een zij) muzikaliteit ten tonele. Jaar op jaar sturen de Italianen het beste dat ze op muzikaal gebied te bieden hebben. Francesco Gabbani (2017) met zijn catchy aanklacht tegen de westerse oppervlakkigheid (met dansende gorilla). Emal Meta en Fabrizio Moro (2018) met hun urgente en hartverscheurende oproep om de terreur niet te laten winnen. En in het verloren jaar 2020 Diodato met een lied dat de lockdownstilte in Italiaanse straten doorbrak en zo perfect aansloot bij de tijdsgeest.

Eigenlijk verdienen ze allemaal een ode. Maar ik wil hier een lans breken voor de enige Italiaanse inzending sinds 2015 die de top tien niet haalde. Francesca Michielin werd zestiende. En hoewel ze me met haar nieuwste werk een beetje is kwijtgeraakt is het Francesca die ik het langst ben blijven volgen.

En dat terwijl Nessun grado di separazione/No degree of separation, mijn eerste kennismaking met haar muziek, zeker niet haar beste liedje is. Op het album waar het uiteindelijk op terecht is gekomen staan liedjes die het waarschijnlijk beter hadden gedaan in Stockholm. En waarom zong ze niet het hele lied in het Italiaans? Wat was de toegevoegde waarde van het Engelse refrein?

De staging in Stockholm was ook enigszins intrigerend. Als een tuinierster in een best wel lelijke tuinbroek (niks tegen tuinbroeken, wel tegen overdadige glitters) staat Francesca in een minituin tussen enigszins willekeurige symbolen. Wat betekent die 3D-bril? En waarom die platte diamant en de luchtballonnen?

Bij alle ‘no’s’ en ‘nessuna’s’ zwaait ze driftig met haar vinger, maar naast die Greta-Thunberg-achtige bevlogenheid straalt Francesca ook iets ontwapenends uit. Onbevangen en haast naïef, misschien zelfs hippieachtig, zingt ze een lied over grote dromen van een betere wereld.

No degree of separation is (natuurlijk) gebaseerd op de ‘six degrees of separation’-theorie, die stelt dat elk mens via vijf tussenpersonen met een ander mens verbonden is. Zes stappen zijn voor Francesca echter nog te veel. In haar heerlijk Italiaanse Engels stelt ze in een filmpje dat we allemaal verbonden, gelijk en hetzelfde zijn.

Mooie boodschap, mooie droom. Maar in een verscheurde wereld, bevolkt door mensen die zelfs ten tijde van een pandemie de neuzen niet dezelfde kant op kunnen krijgen, vind ik het moeilijk om erin te geloven.

Het lied gaat echter ook over persoonlijke groei. Daar vertelt Francesca heel open over. De ik-figuur heeft haar emoties altijd binnen- en de deur altijd dichtgehouden voor alle levenszaken (cose delle vita). Opgesloten in een doosje (scatola, mooi woord). Het is dus een lied over uit je schulp durven kruipen. Als je dat als thema ziet is het opeens logisch dat Francesca haar optreden geëmotioneerd afsluit met ‘We are precious.’

Of is dat ‘We are precious’ een liefdesverklaring aan de mensheid als geheel? Een ode aan de verscheidenheid? We worstelen, wat voor achtergrond we ook hebben, immers allemaal weleens met het leven. Willen we niet allemaal soms wegkruipen in een veilig doosje?

En mocht je helemaal geen diepere lagen willen zoeken, dan kun je er ook gewoon een simpel liefdesliedje in horen.

Vier verhalen in één liedje, dan ben je een groot songwriter. Toch gebiedt de eerlijkheid te zeggen dat ze eigenlijk later, met Io non abito al mare, pas echt bij mij binnenkwam.

Wat intrigeert me dan zo aan haar en haar muziek? Haar veelzijdige stem en het prachtige Italiaans zullen zeker helpen. Maar ook als Francesca een poging in het Engels waagt, zoals in haar best geslaagde cover van Adele’s Someone like you, verliest ze niks van haar magie. Of was het gewoon liefde op het eerste gehoor?

In Stockholm sloot ze haar optreden af met het aanreiken van een symbool van verbondenheid: een ontluikende bloem. Francesca verdient het dat de zaadjes van die bloem doorgegeven worden. Want er horen geen barrières en grenzen tussen mensen te zijn. Misschien vat het motto van de editie van dit jaar, Open up, haar droom goed samen. Open up naar elkaar en naar de mooie wereld buiten ons veilige doosje.

En vooral: open up naar de muziek van Francesca. Want bijna hadden we haar dit jaar weer op het songfestivalpodium gezien: op het Sanremo-festival, dat dient als de Italiaanse voorronde, werd ze, samen met rapper Fedez, tweede met Chiamami per nome (‘Noem me bij mijn naam’, weinig universele boodschap dit keer).

Het blijft voorlopig dus bij dat ene jaar waarin de mooie, intrigerende Francesca Michielin met haar rauwe stem en bezielende overgave toch mooi het zaadje plantte voor mijn interesse in het Italiaans. En indirect voor mijn latere problematische relatie met het DuoLingo-uiltje. Een Stockholmsyndroom geboren in Stockholm. Daar zou Francesca vast een gelaagd lied over kunnen schrijven.


Jochem Wijma (2001) is tweedejaarsstudent Journalistiek in Ede. Schrijven is zijn grote passie en daarom zijn de verhalen die hij schrijft ook consequent te lang. Zijn grote droom is om ooit nog een boek te schrijven. Samen met vier medestudenten heeft hij in april Crossbar Productions opgericht (bekijk hier de Linkedinpagina en het Instagramaccount). Als corona het toelaat gaat Crossbar Productions in juni journalistieke verhalen maken vanuit Boedapest. Om die reis en alles eromheen te bekostigen is wel financiële steun nodig. Dus wil je Crossbar Productions steunen of wil je je waardering voor dit verhaal laten blijken? Klik dan op deze link om een bijdrage te leveren.

Je kunt Jochem als het om het Songfestival gaat met recht een successupporter noemen, want hij kreeg er pas interesse voor toen ‘we’ vanaf 2013 eindelijk weer om de knikkers mee gingen doen. Of misschien was hij voor 2013 nog te jong om het allemaal echt te snappen. Het Songfestival is voor hem een ultieme mix van absurde guilty pleasures en muzikale pareltjes. Als de reis naar Boedapest echt doorgang kan vinden is hij van plan een verhaal te schrijven over de terugtrekking van Hongarije van het Songfestival en de impact van die beslissing op de Hongaarse muziekscene.